In de eerste helft van de jaren zestig was in Maastricht het dansen in cafés verboden. Dat mocht alleen met een speciale vergunning, en gebeurde meestal op speciale plekken. Bij Dansen in het Park, bijvoorbeeld, in park D’n Ingelsen Hoof, het mooie parkje dat niet veel later is geofferd voor die vreselijke, en vanaf het begin vreselijk mislukte Maasboulevard. Het park was natuurlijk onderdeel van het Jekerkwartier, dus hoorde dat festijn een plek te krijgen in ‘Het Jekerkwartier. Broedplaats van vrolijk verzet.’ Maar ik kreeg het verhaal maar niet rond. Nu wel.
[Tekst gaat verder onder de illustratie.]
De vader van René Brouwers was vertegenwoordiger van Brand Bier, en was in die functie betrokken bij Dansen in het Park. René’s broer draaide er al platen, en zelf is hij dat midden jaren zestig ook gaan doen. Er werd vooral ballroom-muziek gedraaid: tango’s, walsen en foxtrots. De dansvloer stond soms vol met wel duizend mensen, vertelt René, die dan allemaal konden tonen wat ze in de dansschool hadden geleerd. Natuurlijk was dit ook hét evenement om te sjansen. Stelletjes die een klik hadden, konden in het donkere deel van het park aftasten of het wat zou worden.
In mei 1966 veranderde alles. De provo’s roerden zich al nadrukkelijk in Maastricht en het gemeentebestuur had al laten blijken zich geen raad te weten met het vrolijke verzet. In dat klimaat was het niet zo moeilijk voor René Brouwers om zijn eigen kleine revolutie te ontketenen. Tussen de walsen en de tango’s en de foxtrots door draaide hij bij Dansen in het Park een nieuwe single, nog maar net overgewaaid uit de VS: ‘River deep, Mountain high’ van Ike & Tina Turner. René Brouwers: ‘Het publiek was extatisch, de exploitant ontzet. Ik wist meteen: dit is het begin van een nieuwe tijd.’
Ook Felix Meurders draait platen in het park. Hij gaat zijn klussen af op de Solex van zijn vader, op de bagagedrager een platenkoffer van een meter breed. De diskjockeys werken eerst voor een paar consumptiebonnen, zoals Hubert van Hoof me vertelde, maar worden al snel professioneler. Met een tiental diskjockeys beginnen ze de Diskoo Drive In. Ze draaien in cafés als D’n Hiemel en ’t Höfke, in de Berchmans en later ook De Kombi, maar ook in België en Duitsland. Hubert van Hoof: ‘We kregen vijftig, soms honderd gulden voor een optreden. Enorm veel geld in die tijd.’
Op de foto van René Brouwers is goed te zien hoe druk het vaak was in het park. Het evenement had geen vast ritme, er werd gedanst als het mooi weer was. René Brouwers: ‘Op de stenen vloer crossten overdag kinderen in trapauto’s, terwijl hun ouders wat konden drinken aan de tafeltjes eromheen. Om een uur of zeven gingen de trapauto’s naar de kant en werden de parasols langs de rand opgesteld en gekanteld om het zicht wat te ontnemen op het dansen. Vervolgens werd de vloer bestrooid met danspoeder zodat het goed gleed, en kon het dansen beginnen.’